Stories
George Martin was méér dan alleen Beatles-producer
Hoewel de gisteren overleden George Martin vooral de boeken in zal gaan als het geheime wapen van de Beatles (zijn werkzaamheden leverden hem zelfs de officieuze titel ‘vijfde Beatle’ op), stond hij in de kraamkamer van hits van talloze andere artiesten. Sterker nog, met maar liefst 30 nummer 1 hits in Engeland en 23 in de VS wordt Martin gezien als een van de beste producers die de wereld ooit gekend heeft.
George Martin komt in 1950 in dienst bij platenmaatschappij EMI als A&R-manager. Na verloop van tijd staat hij aan het roer van sublabel Parlophone, dat in die jaren gezien wordt als het afvoerputje van grote broer EMI. Artiesten die er eigenlijk niet toe doen mogen een plaatje uitbrengen bij de ‘onbelangrijke’ afdeling van Martin. In het begin moet hij het dus doen met comedyplaten, opnames van orkesten, toneelstukken en regionale acts uit Engeland en Ierland. Martin kent in die beginjaren enige successen met komiek Peter Sellers en jazzensemble The Temperance Seven, waarvan het door hem geproduceerde You’re Driving Me Crazy een nummer 1 hit wordt in Engeland.
Maar op werk met namen als Shane Fenton en Jerry Lordan na heeft Martin eigenlijk bar weinig ervaring met popmuziek als hij The Beatles in 1962 onder zijn hoede neemt. Echter, Martin is klassiek geschoold en dat komt wel van pas bij de autodidacte Beatles. Volgens de kenners is hij met zijn bijdragen, waaronder als toetsenist en arrangeur, dan ook de architect van het geluid van the fab four. Het eerste dat Martin The Beatles laat opnemen is How Do You Do It?. Martin is ervan overtuigd dat het een hit gaat worden, maar de heren willen het liedje niet uitbrengen omdat ze het niet zelf hebben geschreven. Martin neemt het vervolgens opnieuw op met Gerry And The Pacemakers en deze eveneens uit Liverpool afkomstige groep scoort er in het voorjaar van 1963 een alsnog grote hit mee.
Met het succes van The Beatles gaat Martin aan de slag met meer Merseybeat acts, waaronder Billy J. Kramer And The Dakotas en Cilla Black. In 1964 wordt de door Martin geproduceerde titelsong die Shirley Bassey opneemt voor James Bond-film Goldfinger een grote hit. Een jaar later verlaat hij EMI en richt hij zijn eigen studio op, Associated Independent Recording (kortweg: AIR), al blijft hij daarna gewoon met The Beatles werken. De AIR-opnamestudio’s groeien onder Martin uit tot één van de succesvolste ter wereld. Na het uiteengaan van The Beatles werkt Martin samen met acts als Jeff Beck (Wired, Blow By Blow), America (Holiday), Neil Sedaka (A Song), Little River Band (Time Exposure), Cheap Trick (All Shook Up), Kenny Rogers (nummer 1 hit Morning Desire) en… oude bekenden Paul McCartney (o.a. Pipes Of Peace, Tug Of War) en Ringo Starr (Sentimental Journey).
In 1997 staat er nog eenmaal een George Martin-productie aan de toppen van de hitlijsten: Candle In The Wind van Elton John. Het duo neemt het nummer, dat John oorspronkelijk opneemt met Gus Dudgeon in 1974, opnieuw op naar aanleiding van het overlijden van Prinses Diana.
In 1998 neemt Martin met In My Life (bijna) afscheid van de muziekindustrie. De inmiddels stokdove producer maakt samen met opvallende namen als Robin Williams, Celine Dion en Goldie Hawn een album vol Beatles-covers. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan: in 2006 maakt de dan 80-jarige Martin, samen met zijn zoon Giles, de soundtrack voor Beatles-spektakel Love van Cirque du Soleil.
Benieuwd naar de songs waar Martin aan gewerkt heeft? Beluister dan deze speciale playlist op Spotify: